Conform artikel 1.3.3. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beslist de gemeenteraad welke maatschappelijke geledingen binnen de gemeente worden opgeroepen om één of meerdere vertegenwoordigers voor te dragen als lid van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.
Artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale, intergemeentelijke en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening bepaalt dat in een gemeente met niet meer dan 10.000 inwoners, minstens 3 verschillende maatschappelijke geledingen moeten opgeroepen worden om één of meerdere vertegenwoordigers voor te dragen als lid van de gemeentelijke of intergemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.
Volgende maatschappelijke geledingen worden als onderling verschillend beschouwd:
- de maatschappelijke geleding vertegenwoordigd door één of meer milieu- en natuurverenigingen;
- de maatschappelijke geleding vertegenwoordigd door één of meer verenigingen van werkgevers of zelfstandigen met uitsluiting van verenigingen van handelaars of landbouwers;
- de maatschappelijke geleding vertegenwoordigd door één of meer verenigingen van handelaars;
- de maatschappelijke geleding vertegenwoordigd door één of meer verenigingen van landbouwers;
- de maatschappelijke geleding vertegenwoordigd door één of meer verenigingen van werknemers.
Het aantal leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is afhankelijk van het inwoneraantal van de gemeente. Voor een gemeente met minder dan 10.000 inwoners is dit minimum 7 en maximum 9 leden. Minimum één vierde van de leden, waaronder de voorzitter, zijn deskundigen inzake ruimtelijke ordening. De overige leden zijn vertegenwoordigers van de voornaamste maatschappelijke geledingen binnen de gemeente. Leden van de gemeenteraad of het schepencollege kunnen geen lid van de adviescommissie zijn.
Er wordt voorgesteld om volgende maatschappelijke geledingen op te roepen:
Dit zijn dezelfde geledingen als in de huidige legislatuur. De geleding 'Jeugd en sociaal-culturele verenigingen' heeft echter geen kandidaten voorgedragen.
Deze 5 geledingen voldoen samen met 4 deskundigen aan bovenstaande voorwaarden voor de samenstelling van de adviescommissie. Na goedkeuring worden de betreffende geledingen binnen de gemeente opgeroepen om één of meer vertegenwoordigers voor te dragen. De maatschappelijke geledingen die een lid voordragen, dragen tevens een plaatsvervanger voor. Decretaal mag maximum 2/3 van de leden van de adviesraad mag van hetzelfde geslacht zijn. Daarom worden de geledingen opgeroepen om zowel een mannelijke als vrouwelijke kandidaat voor te dragen.
De GECORO nodigt ook voor elke vergadering een vertegenwoordiger uit van elke politieke fractie in de gemeenteraad. Deze personen kunnen de toelichtingen bijwonen en deelnemen aan een eventuele bespreking van het onderwerp, maar mogen de beraadslaging over het advies van de commissie en de stemming erover niet bijwonen,
De gemeenteraad beslist dat volgende maatschappelijke geledingen binnen de gemeente worden opgeroepen om één of meerdere vertegenwoordigers en plaatsvervangers voor te dragen als lid van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening: