Het verslag van de gemeenteraadszitting van 14 december 2020 wordt ter goedkeuring voorgelegd.
Het audioverslag van deze zitting kan u beluisteren op deze link. De raadszitting start om 00:34:40 en eindigt om 04:00:25.
Het verslag van de gemeenteraadszitting van 14 december 2020 wordt goedgekeurd.
Dhr Johan Vanysacker diende op 28 december 2020 zijn ontslag in als raadslid.
Artikel 13 van het decreet lokaal bestuur stelt: Het gemeenteraadslid dat ontslag wil nemen, deelt dat schriftelijk mee aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad de kennisgeving ontvangt. Het lid van de gemeenteraad blijft zijn mandaat uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd, behalve als het ontslag het gevolg is van een onverenigbaarheid.
De raad wordt gevraagd hiervan akte te nemen.
De raad neemt akte van het ontslag van dhr Johan Vanysacker als raadslid.
Ten gevolge het ontslag van dhr Johan Vanysacker wordt een vervangend raadslid aangesteld.
Artikel 14. van het decreet lokaal bestuur stelt: Het gemeenteraadslid dat afstand doet van zijn mandaat, dat van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, dat als verhinderd wordt beschouwd, dat ontslag genomen heeft, of dat overleden is, wordt vervangen door zijn opvolger, die wordt aangewezen overeenkomstig artikel 169 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011. De geloofsbrieven worden onderzocht overeenkomstig artikel 6, § 3. De vervanger legt de eed af in openbare vergadering in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad.
De eerste opvolger, mevr. Sophie Vandenbussche, wenst haar mandaat niet op te nemen. De tweede opvolger, dhr Dominique Vanpeteghem, wenst zijn mandaat wel op te nemen, voldoet aan alle voorwaarden en kan bijgevolg als raadslid aangesteld worden.
De geloofsbrieven van dhr Dominique Vanpeteghem, kandidaat-opvolger, worden door de voorzitter van de raad geldig verklaard.
In handen van de voorzitter van de raad legt dhr Dominique Vanpeteghem de grondwettelijke eed af.
Er wordt een afschrift van deze beslissing overgemaakt ter kennisgeving aan de Gouverneur.
Op vraag van raadslid Robert Barthier wordt volgend punt op de agenda van de gemeenteraad geplaatst.
We vingen op dat de ambtenaar die instaat voor landbouw tijdelijk verlof zonder wedde nam. Graag zouden wij weten hoe wij ons als landbouwgemeente zullen voorzien in de administratie ter ondersteuning van de landbouwers?
Het agendapunt wordt besproken.
Het decreet lokaal bestuur bepaalt in artikel 266 dat de voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom onderworpen zijn aan een voorafgaand visum van de financieel directeur.
De financieel directeur onderzoekt, in het kader van zijn opdracht als vermeld in artikel 177, eerste lid, 1°, de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen financiële verbintenissen.
De gemeenteraad bepaalde op 29/04/2019 de nadere voorwaarden waaronder de financieel directeur de controle in het kader van de visumverplichting uitoefent.
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid aan de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn, het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau over de uitvoering van zijn taak van voorafgaande controle van de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenissen. Tegelijkertijd wordt een afschrift van het rapport ter beschikking gesteld aan de algemeen directeur (art. 177). Het rapport werd in bijlage toegevoegd.
De gemeenteraad neemt akte van de rapportering van het visum van de financieel directeur voor het dienstjaar 2020.
Het openbaar domein kan in gebruik worden genomen voor onder meer: (dit is een niet limitatieve opsomming)
Voor elke ingebruikname van het openbaar domein is een toelating nodig:
De verschillende procedures en verplichtingen die hierin voorzien zijn, brengen soms aanzienlijke kosten met zich mee voor de gemeente, zowel loonkosten als werkingskosten. Om die reden wordt een retributie ingesteld, gebaseerd op de te verwachten kosten voor de gemeente en de omvang van de aanvraag.
De retributie op signalisatievergunningen wordt gevraagd als stimulans om de (verkeers)hinder zo kort mogelijk te houden.
Er wordt met ingang van 1 februari 2021 t.e.m. 31 december 2025 een retributie gevestigd op het privatief gebruik van het openbaar domein.
Voor elke ingebruikname van het openbaar domein dient vooraf een toelating aangevraagd te worden bij de gemeente.
De toelatingen omschreven in §1 en §2 worden verleend door de burgemeester of zijn gemachtigde.
De toelatingen omschreven in §3 en §4 worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.
Voor de ingebruikname dient een retributie betaald te worden. De retributie is verschuldigd door de aanvrager.
Leveren en plaatsen van verkeersborden:
Schade aan openbaar domein veroorzaakt door de inname wordt afzonderlijk vergoed. Zonder voorafgaande plaatsbeschrijving wordt alle schade aan het openbaar domein geacht te zijn veroorzaakt door de inname.
Het tarief van de retributie wordt vastgesteld bij de aflevering van de vergunning zoals omschreven in artikel 2.
De retributie wordt berekend volgens deze tarieven:
Bij de aflevering van de toelating kan, het college van burgemeester en schepenen of de burgemeester, een waarborg van 250 EUR vragen voor innames op de openbare weg.
Dit wordt toegepast in geval van bv. hobby-, antiek- en rommelbeurzen, sportwedstrijden (bv. rally), circussen, enz.
Deze waarborg dient door de organisator minimum 14 kalenderdagen voor de inname betaald te worden op de rekening van het gemeentebestuur.
Deze waarborg wordt aan de organisator terugbetaald na de inname op voorwaarde dat
Wanneer de bevoegde ambtenaar vaststelt dat men over geen vergunning/toelating beschikt of dat de toegestane termijn voor het bezetten van het openbaar domein is overschreden zonder dat de schriftelijke aanvraag tot verlenging werd ontvangen:
Zijn vrijgesteld van deze retributie:
De betaling van de retributie dient te gebeuren binnen de 30 dagen na het verzenden van de factuur op het rekeningnummer van de gemeente.
De gemeente heft een retributie op de meldingen, inlichtingen, vergunningen en attesten uit de domeinen “Omgeving” en “Mobiliteit”. Het huidig reglement werd goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2019 en is geldig tot en met 31 december 2025.
Voor een aantal procedures werd nog geen retributie vastgesteld:
De retributie voor kleinhandelsactiviteiten stond vermeld onder exploitatie van inrichtingen. De retributie voor verkavelingen stond vermeld onder stedenbouwkundige handelingen. Voor de duidelijkheid worden deze in aparte artikels vermeld.
De vrijstellingen worden behouden:
De retributie voor signalisatievergunningen wordt uit dit reglement geschrapt.
Er wordt voor een periode van 1 februari 2021 tot en met 31 december 2025 een retributie geheven op meldingen, inlichtingen, vergunningen en attesten uit het domein "Omgeving".
§1. Deze retributie is verschuldigd door de aanvrager.
De retributie is verschuldigd op het ogenblik van het indienen van de aanvraag of de melding en is niet gekoppeld aan het al dan niet verkrijgen van de vergunning of aktename van de melding.
De betaling gebeurt na toezending van de factuur door het gemeentebestuur.
§2. Alle hieronder vermelde bedragen zijn cumulatief.
Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten
§1. De retributie voor de exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten bedraagt:
§2. De retributie bedraagt:
Stedenbouwkundige handelingen
Verkavelingen
De retributie voor verkavelingsaanvragen bedraagt:Kleinhandelsactiviteiten
De retributie voor kleinhandelsactiviteiten bedraagt 150 euro.
Vegetatiewijzigingen
De retributie voor vegetatiewijzigingen bedraagt 30 euro.
Attesten en inlichtingen
De retributie bedraagt:
Openbaar onderzoek en bekendmaking
Wanneer voor de meldingen, attesten of vergunningen in de artikelen 3 t.e.m. 8 een openbaar onderzoek of bijzondere bekendmaking nodig is, bedraagt de retributie:
Vrijstellingen
§1. Overheden, de intercommunales, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de door haar erkende sociale huisvestingsmaatschappijen en de nutsmaatschappijen zijn vrijgesteld van deze retributie.
§2. De retributie is niet verschuldigd voor de melding van:
Opheffingsbepaling
Het gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 met betrekking tot de retributie op de meldingen, inlichtingen, vergunningen en attesten uit de domeinen “Omgeving” en “Mobiliteit” voor de periode 2020-2025 wordt opgeheven voor alle aanvragen vanaf 1 februari 2021.
In het gemeentelijk reglement inzake de concessies op de begraafplaatsen wordt het hoofdstuk I omtrent de lijkbezorging aangevuld met de tijden van begraven en asbezorging.
Het art. 8, Termijn en tijden van begraven en asbezorging, wijzigt hierdoor als volgt:
§1 De begraving of crematie heeft plaats minstens 24 uur na overlijden.
§2 Voor het bezorgen van de stoffelijke overschotten op de begraafplaatsen moeten de verantwoordelijke diensten ten laatste 2 werkdagen voor de begrafenis verwittigd worden.
§3 Begravingen, bijzettingen en bezorgen van de as vinden plaats van maandag tot en met zaterdagvoormiddag. Het tijdstip van aankomst van de kist/asurne op de begraafplaats is vastgesteld als volgt:
§4 Begravingen, bijzettingen en bezorgen van de as kunnen niet plaatsvinden op zaterdagnamiddag, zondag, wettelijke feestdagen en op 2 januari, 11 juli, 2 november en 26 december.
Begripsbepalingen
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
Algemene bepalingen
Specifieke bepalingen voor de begraafplaats te Bikschote
Hoofdstuk I: VASTSTELLING VAN OVERLIJDEN EN LIJKBEZORGING
Aangiftetermijn
Elk overlijden in de gemeente, alsook elke ontdekking van een overledene op het grondgebied van de gemeente moet onverwijld worden aangegeven op de dienst Burgerzaken.
Ambtshalve gerechtigden:
Komen ambtshalve in aanmerking voor begraving, as verstrooiing en bijzetting van asurn op de gemeentelijke begraafplaatsen:
Gerechtigden bij uitbreiding:
Termijn en tijden van begraven en asbezorging:
§1 De begraving of crematie heeft plaats minstens 24 uur na overlijden.
§2 Voor het bezorgen van de stoffelijke overschotten op de begraafplaatsen moeten de verantwoordelijke diensten ten laatste 2 werkdagen voor de begrafenis verwittigd worden.
§3 Begravingen, bijzettingen en bezorgen van de as vinden plaats van maandag tot en met zaterdagvoormiddag. Het tijdstip van aankomst van de kist/asurne op de begraafplaats is vastgesteld als volgt:
Hoofdstuk II. DE CONCESSIES
Bevoegdheden
§ 1. De begraving van een stoffelijk overschot in een kelder, de begraving van een asurn in een urnenhouder en de bijzetting van een asurn in een columbarium maken deel uit van een concessie.
§2. De concessies worden verleend door het College van Burgemeester en Schepen onder de in dit huishoudelijk reglement en het retributiereglement bepaalde voorwaarden, zoals die gesteld zijn op het ogenblik van de concessieaanvraag. Ze worden enkel toegestaan op de plaatsen die daarvoor aangewezen zijn op de begraafplaatsen.
§3. De voor concessie in aanmerking genomen gronden worden aangewend, per categorie, in strikte volgorde per concessie en zonder discontinuïteit.
§4. Reservatie van een concessie bij leven is niet toegelaten.
Concessieaanvraag
De concessieaanvraag en de vraag tot hernieuwing van concessie worden schriftelijk ingediend bij het College van Burgemeester en Schepenen, op een bijzonder daartoe bestemd formulier ter beschikking gesteld bij de dienst Burgerzaken.
Behalve in het geval dat de begunstigde lid is van een religieuze gemeenschap, vermeldt de aanvraag de identiteit van de persoon of personen in wiens voordeel ze wordt ingediend (concessiebegunstigde) en wordt ze voor akkoord ondertekend door de aanvrager en de andere begunstigden, indien minstens één van deze noch de echtgenoot, noch bloed- of aanverwant, is, noch een feitelijk gezin vormde.
Concessietermijn
Nieuwe concessies worden verleend voor 30 jaar.
Toezegging en ingangsdatum
§ 1. De concessie wordt verleend tegen de in onderhavig reglement en de in het retributiereglement gestelde voorwaarden, bij beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen die aan de aanvrager wordt betekend nà betaling ervan. Eventuele weigering van concessie wordt op dezelfde wijze betekend.
§ 2. De concessie neemt een aanvang op de datum van de voormelde beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen.
Hernieuwing van concessie – aanvragen en termijnen
Voor de hernieuwing van een concessie moet een onderscheid gemaakt worden tussen een hernieuwing zonder bijzetting (wanneer concessie reeds volzet is) en een hernieuwing bij bijzetting of wanneer de laatste bijzetting nog moet gebeuren.
§1. Hernieuwing zonder bijzetting:
Wanneer de concessie reeds volzet is (begunstigden van de concessie zijn overleden), kunnen op aanvraag ingediend door enige belanghebbende, opeenvolgende hernieuwingen van concessie toegestaan worden.
De bekendmaking omtrent het hernieuwen van concessies gebeurt door gedurende 1 jaar voorafgaand aan het verlopen van de concessie aan het betreffende graf en de ingang van de begraafplaats de bekendmaking hiervan te plaatsen. Optioneel kan ook een bekendmaking gebeuren in het infoblad en op de gemeentelijke website.
De aanvraag tot hernieuwing moet ingediend worden:
Is geen aanvraag om hernieuwing ingediend vóór het vervallen van de concessie, dan vervalt de concessie.
De termijn van de opeenvolgende concessie bedraagt hierbij telkens 10 jaar.
§2. Hernieuwing, bij bijzetting in een lopende concessie
De concessie kan op uitdrukkelijke aanvraag voor een nieuwe periode worden hernieuwd naar aanleiding van elke nieuwe bijzetting in de concessie. Hierbij is er de mogelijkheid om een nieuwe concessie te nemen van dezelfde duur van de oorspronkelijke concessie (30 jaar). Bij deze hernieuwing is de toepasselijke retributie verschuldigd, eventueel verminderd met een som in verhouding tot de nog te lopen tijd van de oorspronkelijke concessietermijn, volgens artikel 8 van het decreet van 16 januari 2004.
§3. Hernieuwing – uitzondering indien laatste bijzetting nog moet gebeuren
Een aanvraag tot hernieuwing van de concessie kan niet meer ingediend worden na het verstrijken van de termijn van de oorspronkelijke concessie of de hernieuwing ervan.
Wanneer een hernieuwing zich opdringt maar de laatste bijzetting nog moet gebeuren, is er alsnog de mogelijkheid om vóór het verstrijken van de oorspronkelijke concessietermijn:
Toezegging van de hernieuwing en ingangsdatum :
Kinderbegraafplaats
Op iedere begraafplaats in onze gemeente is er een kinderbegraafplaats voorzien en dit voor het stoffelijk overschot van levenloos geboren kinderen en kinderen jonger dan 12 jaar. In deze zone worden geen grafkelders geplaatst.
Voor kinderen (vanaf 12 jaar) tot de leeftijd van 18 jaar, waarvan minstens één van de ouders in de gemeente is gedomicilieerd, kan een gratis concessie van 30 jaar bekomen worden, eveneens voor het columbarium of urnenveld. Deze concessies zijn uitsluitend bestemd voor kinderen. Indien er naderhand bijzettingen gewenst zijn, dient een concessie aangekocht te worden.
Sterretjesweide begraafplaats Langemark
De sterretjesweide is een herdenkingszone voor niet levensvatbare geboren kinderen/foetussen.
De sterretjesweide omvat een strooiweide en een herdenkingsmonument met zones voor het bevestigen van een herdenkingssterretje.
De gemeente staat in voor de aanleg en het onderhoud van de sterretjesweide. Op dit perceeltje mogen dan ook enkel de door de gemeente voorziene tekens worden aangebracht.
Aan het herdenkingsmonument kan daarom, ook retroactief, een uniform sterretje aangebracht worden ongeacht er een uitstrooiing heeft plaatsgevonden in de sterretjesweide. Het sterretje wordt door de gemeente gratis ter beschikking gesteld.
Het sterretje wordt enkel op vraag van de ouders aangebracht. De gemeente voorziet de mogelijkheid om een gravure (naam + datum) aan te brengen in het sterretje. Met het oog op uniformiteit staat de gemeente in voor de aanmaak alsook de bevestiging. De ouders worden door de gemeente op de hoogte gebracht van zodra het sterretje geplaatst is. De aanvraag dient te gebeuren bij de dienst Burgerzaken.
De ouders kunnen dit sterretje, indien gewenst, na verloop van tijd mee krijgen mits hiervoor een aanvraag te doen.
Betaling van de concessie, hernieuwing en retributie
De concessie, de hernieuwingen ervan en de retributie zijn verschuldigd op de datum van de aanvraag van de concessie of hernieuwing van de concessie.
Bij gebrek aan betaling in der minne zal de invordering geschieden overeenkomstig de bepalingen van artikel 177 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Hoofdstuk III: RECHTEN EN PLICHTEN VERBONDEN AAN DE CONCESSIES
Aard en bestemming der concessies
§ 1. Het verlenen van een concessie, van welke aard ook, houdt in hoofde van de gemeente noch verkoop in noch verhuring.
§ 2. De verleende concessies zijn onoverdraagbaar.
§ 3. Aan de geconcedeerde grond mag geen andere bestemming gegeven worden dan deze voorzien door de verordening op de begraafplaatsen en door de verleende concessie.
Lopende altijddurende concessies
De door nog lopende altijddurende concessies verworven rechten, die op wettelijke wijze werden verkregen, worden gerespecteerd binnen de voorwaarden van het decreet van 16 januari 2004, zijn uitvoeringsbesluiten en onderhavig reglement.
Hernieuwing van lopende altijddurende concessies
Telkens na 50 jaar en zonder retributie, kan de altijddurende concessie op aanvraag van enige belanghebbende hernieuwd worden voor een nieuwe periode van 50 jaar.
Voor de hernieuwing wordt dezelfde procedure toegepast als voor de hernieuwing van niet-eeuwigdurende concessies zonder bijzetting, zie Art. 13 §1.
De bekendmaking omtrent het hernieuwen van deze concessies gebeurt door gedurende 1 jaar voorafgaand aan het verlopen van de concessie aan het betreffende graf en de ingang van de begraafplaats de bekendmaking hiervan te plaatsen. Optioneel kan ook een bekendmaking gebeuren in het infoblad en op de gemeentelijke website.
De aanvraag tot hernieuwing moet ingediend worden:
Is geen aanvraag om hernieuwing ingediend vóór het vervallen van de concessie, dan vervalt de concessie.
Afmetingen van de concessieruimten
De concessieruimten hebben volgende afmetingen:
Aanwending van de concessie
§ 1. Eenzelfde concessie mag slechts aangewend worden voor de concessionaris begunstigde, zijn echtgenoot en zijn bloed- of aanverwanten, en voor de leden van één of meer religieuze gemeenschappen, evenals voor de personen die ieder hun wil daartoe schriftelijk hebben te kennen gegeven aan de gemeenteoverheid overeenkomstig onderhavig reglement.
§ 2. Voor het bijzetten van een boventallige kleine kist of urne in een concessie wordt een retributie gevraagd. Kosten voor het openen vallen ook ten laste van de aanvrager.
§ 3. De concessieruimten zijn slechts aanwendbaar binnen de volgende beperkingen:
Graftekens op concessies
§ 1. Grafkelder en grafteken moeten op de geconcedeerde grond aanwezig blijven tijdens de volle concessietermijn.
§ 2. Bij het oprichten van een grafteken is het uitdrukkelijk verboden enig lijk te verplaatsen.
§ 3. Wanneer in opdracht van de concessiehouder werken uitgevoerd worden aan zijn/haar graf is deze ertoe gehouden eventuele schade aangebracht aan het graf van derden te doen herstellen.
§ 4. Grafmonumenten op de gemeentelijke urnenvelden zijn uniform.
Het grafmonument bestaat uit: een zuil, een vloerplaat en een grafopschrift.
De grafmonumenten moeten worden uitgevoerd volgens het plan in bijlage van dit reglement. Het grafopschrift mag uitsluitend aangebracht worden in de zone aangeduid op het plan in bijlage van dit reglement.
Hoofdstuk IV: WIJZIGINGEN TIJDENS DE CONCESSIETERMIJN
Gedwongen terugneming
Ingeval van gedwongen terugneming van een geconcedeerd perceel wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheid, kan de concessiehouder geen aanspraak maken op enige vergoeding en heeft hij enkel recht op het kosteloos bekomen van een perceel van identieke afmetingen. De kosten van overbrenging, herplaatsen of herbouwen van zowel stoffelijke resten als graftekens en grafkelders, zijn in dit geval ten laste van de gemeente.
Sluiting van de begraafplaats
In geval van sluiting en/of wijziging van de bestemming van de begraafplaats kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding. In geval van sluiting van de begraafplaats kan de concessiehouder enkel aanspraak maken op het kosteloos bekomen van een perceel grond/nis van identieke afmetingen als de bestaande concessieruimte, op een andere begraafplaats.Verstrijken van concessie
Wanneer een concessie verstrijkt om eender welke reden, worden de niet weggenomen graftekens, de nog bestaande ondergrondse constructies en de columbariumnissen de eigendom van de gemeente vanaf het verstrijken van de door het College van Burgemeester en Schepenen gestelde termijn voor verwijdering.
Hoofdstuk V: ONTGRAVINGEN
Voorafgaande machtiging
Behalve op bevel van de rechterlijke overheid mag niet tot ontgraving worden overgegaan zonder voorafgaande machtiging van de burgemeester. De aanvraag tot ontgraving moet door de nabestaande schriftelijk worden gericht aan de Burgemeester. Alle kosten verbonden aan een ontgraving zijn ten laste van de aanvrager.
Als een overledene in een andere gemeente wordt herbegraven, moet de Burgemeester van die andere gemeente toestemming geven voor de herbegraving in zijn gemeente vooraleer het stoffelijk overschot wordt ontgraven.
Verplaatsing van een stoffelijk overschot naar nieuwe kelder, columbarium of urnenveld
Deze aanvraag tot nieuwe concessie (30 jaar) dient overeenkomstig de bepalingen te worden gericht aan het college.
De aanvragers dienen zelf in te staan voor alle kosten (ondermeer ontgraving, concessie, ev. retributie) gepaard gaande met dergelijke verplaatsing.
Tijdstippen – aanwezigheid
De ontgravingen hebben plaats op dag en uur in gemeenschappelijk overleg vastgesteld tussen familie en Burgemeester of diens gemachtigde.
Er moet tot een ontgraving worden overgegaan in tegenwoordigheid van de grafmaker en van een gemachtigde die door de Burgemeester is aangesteld en die er verslag van opmaakt.
Hoofdstuk VI: GRAFTEKENS, BOUW- EN BEPLANTINGSWERKZAAMHEDEN – UITVOERING VAN BEGRAVINGEN
Uitsluitend de door de gemeente aangestelde is ertoe bevoegd:
Begraving in niet-geconcedeerde grond
Een niet-geconcedeerd graf wordt volgens het decreet minimum 10 jaar bewaard. De begravingen in niet-geconcedeerde grond geschieden in doorlopende volgorde en zijn ten laste van de aanvrager met uitzondering van de behoeftigen conform art. 14 van het decreet op de lijkbezorging die ten laste komen van gemeente/OCMW. Het niet-geconcedeerd begraven is enkel voorbehouden voor inwoners van de gemeente.
Wanneer niet-geconcedeerde gronden worden ontruimd, dan zal een afschrift van de beslissing tot ontruiming gedurende 1 jaar voor het vervallen van begravingstermijn bekend gemaakt worden aan het betrokken graf en/of in de nabijheid van het te ontruimen perceel en aan de ingang van de begraafplaats. Optioneel kan ook een bekendmaking gebeuren in het infoblad en op de gemeentelijke website.
Hoofdstuk VII: OPTREDEN VAN DE GEMEENTE
De grafkelders, columbariumnissen en urnenhouders maken geen integrerend deel uit van de concessies.
Voor de grafkelders, columbariumnissen en urnenhouders die geplaatst werden door de gemeente wordt aan de concessionarissen een retributie gevraagd.
De instandhouding van werken uitgevoerd in strijd met onderhavig reglement alsook de werken uitgevoerd zonder inachtneming van de grenzen van de concessieruimte, wordt op bevel van de Burgemeester geschorst.
De afbraak der werken en het herstel in de oorspronkelijke toestand, kan door de Burgemeester bevolen worden, op kosten van de betrokkene.
Het onderhoud van de graven berust op de belanghebbenden. Bij verwaarlozing en niet herstelling kan de gemeente een einde maken aan de concessie, overeenkomstig de procedure door artikel 10 van het decreet van 16 januari 2004 voorzien.
Verwaarlozing wordt geconstateerd in een akte van de burgemeester of zijn gemachtigde. De akte wordt een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats uitgehangen. Na het verstrijken van die termijn en bij niet-herstelling kan het college van burgemeester en schepenen een einde maken aan de concessie.
Gronden waarin tijdens de laatste tien jaar lijken werden begraven, kunnen voor concessie niet in aanmerking komen (grafrust).
Hoofdstuk VIII: SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Retro-actieve rechtzetting
De nog lopende concessies blijven uitwerking behouden volgens de hieronder opgesomde bepalingen :
Duur | Startdatum | Einde Concessie | ||
Concessie aangegaan vanaf 01.01.2015 | 30 jaar | Datum Collegebeslissing | 30 jaar na datum Collegebeslissing | |
Concessie aangegaan tussen 01.01.1995 en 31.12.2014 | 50 jaar | Datum Collegebeslissing | 50 jaar na datum Collegebeslissing | |
Concessie aangegaan vóór 01.01.1995 | 50 jaar | Datum Collegebeslissing | Onderscheid afhankelijk van datum | |
Laatste bijzetting vóór 01.01.1995: concessie eindigt 50 jaar nà datum laatste bijzetting. | Laatste bijzetting vanaf 01.01.1995: concessie eindigt op 31.12.2044 |
Alle gevallen, niet bepaald in het huidig reglement, worden geregeld door het College van Burgemeester en Schepenen.
Dit huishoudelijk reglement treedt in werking op 26 januari 2021.
Met de Brexit in aantocht is het nu al duidelijk dat de voorspelde moeilijke tijden voor de toeristische sector in de Westhoek naar boven komen. Het einde van de eeuwherdenkingsperiode rond '14-'18 valt dan nog samen met de Corona uitbraak én het stopzetten van de ferrylijn Hull -Zeebrugge, wat de situatie dramatisch maakt. In vergelijking met de eerste 8 maanden van vorig jaar is er maar liefst een daling van 87% wat het aantal bezoeken uit Groot-Brittannië betreft. Veel bussen jongeren bezoeken de streek niet meer wat rechtstreeks zijn gevolgen heeft, ook voor sommige lokale handelaars. De staycation in de zomermaanden, ten gevolge van de pandemie, heeft het verlies niet kunnen compenseren. In navolging van het burgemeester overleg van 17 oktober 2020 werd door DVV Westhoek een motie opgesteld voor een Vlaams noodfonds voor toerisme in de Westhoek. Deze motie werd tekstueel aangepast, vergelijkbaar met andere gemeenten in de Westhoek,waarbij de aandacht niet alleen bij de Brexit maar ook bij de coronapandemie wordt gelegd. DVV Westhoek vraagt de motie ter bekrachtigen vanuit de gemeenteraad en die gezamenlijk over te maken aan de Vlaamse Regering. Ook Westtoer werkt aan een motie.
De gemeenteraad bekrachtigd de motie.
Het college toonde de intentie voor de aankoop van Boezingestraat 37 te Langemark in kader van de ontwikkeling van een jeugdcampus. Deze intentie werd bekrachtigd door de gemeenteraad in zitting van 31 augustus 2020.
Het college bereidde deze aankoop voor, onder meer door
1. een schattingsverslag te laten opmaken door een erkende landmeter
Voor de aankoop van een goed door een openbaar bestuur, is een recent schattingsverslag (maximum 2 jaar oud) en een bodemattest vereist. De schattingsprijs vormt de minimumprijs bij verkoop of de maximumprijs bij aankoop. Het bestuur mag enkel afwijken van de voorgaande principes wegens redenen van algemeen belang. De raadsbeslissing vermeldt de redenen. Ondertussen werd de schatting ontvangen van een landmeter, Dries D'Hallewin. Hij schat het aan te kopen goed op een bedrag van 880.000 euro. Dit is 20.000 euro lager dan de vraagprijs van 900.000 euro.
2. de risico's te bepalen met betrekking tot een eventuele grondvervuiling of aanwezigheid van asbest;
Omdat het bodemonderzoek uitwees dat er een vermoeden was van vervuilde grond en de aanwezigheid van asbest, werd Envirosoil uitgenodigd door het college voor een toelichting. Daar werd begrepen dat de risico's eerder als beperkt kunnen worden beschouwd.
3. de gevolgen na te trekken van de opstal voor de zonnepanelen.
Op het dak van de voormalige winkel werden 50 zonnepanelen geplaatst. De akte van opstal spreekt over 225 panelen. Met de firma Solaram werden een aantal afspraken hieromtrent gemaakt.
Het college stelt voor om de grond aan te kopen voor de vraagprijs van 900.000 euro. Deze aankoopprijs valt te verantwoorden doordat het prijsverschil zeer gering is. De aankoop van deze site door het lokaal bestuur is zeer waardevol doordat het pal in het centrum van Langemark ligt, grenst aan het sportcentrum en een nieuwe trage verbinding voorziet tussen centrum en sportcentrum.
Notaris Ellen Vanslambrouck bereidde ook het ontwerp van akte voor. Het betreft aankoop van:
Decreet lokaal bestuur
Burgerlijk Wetboek artikel 1582 en volgende
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 - transacties onroerende goederen
De raad geeft haar goedkeuring voor de aankoop van Boezingestraat 37, zijnde 22a 77ca weiland afdeling 1, sectie H, nr 532Y2 en 25a en 5 ca handelshuis afdeling1, sectie H, nr 531/02R, voor de vraagprijs van 900.000 euro.
De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de akte tot aankoop, opgemaakt door notaris Ellen Vanslembrouck.
De coronacrisis treft de sectoren cultuur, jeugd en sport zwaar. Om de lokale besturen te helpen om die sectoren bij te staan, besliste de Vlaamse Regering om hen 87,3 miljoen euro uit het Vlaams noodfonds ter beschikking te stellen. Het grootste deel van die middelen (83,9 miljoen euro) wordt verdeeld over de lokale besturen op basis van de verdeling van de sectorale middelen voor die drie sectoren (cultuur, jeugd en sport) bij de inkanteling ervan in het gemeentefonds in 2018. Langemark-Poelkapelle ontvangt 88 979,37 euro uit het noodfonds. De gemeenteraad wordt gevraagd om een beslissing te nemen over de verdeling van deze middelen. In de gemeenteraad van 29/06/2020 werd de verdeling van de middelen tot 30/09/2020 een eerste keer besproken. Het reglement wordt aangepast en verlengd tot 31/12/2020.
Het college stelt voor om de middelen uit het noodfonds voor de sectoren cultuur, jeugd en sport, in een tweede fase als volgt te verdelen:
Verenigingen die op een gemotiveerde wijze kunnen aantonen dat hun extra kosten niet volledig worden gecompenseerd door de verhoging van de werkingssubsidie, kunnen een dossier indienen voor de periode van 01/01/2020 tot 31/12/2020. Het dossier moet gestaafd worden met betalingsbewijzen. Het dossier wordt individueel behandeld door het college van burgemeester en schepenen.
De erkende verenigingen van de gemeente kunnen tijdelijk gratis gebruik van feestmateriaal, zalen, lokalen en het sportcentrum, vanaf heden tot aanpassing van betrokken reglementen.
De subsidies 2021 voor jeugdverenigingen, sport- en cultuurverenigingen moeten niet gemotiveerd worden. Hetzelfde bedrag van 2020 wordt toegekend (exclusief de extra coronasubsidie van 50%)
Er volgt een evaluatie van dit reglement, ten laatste in april 2021.
Via pers en sociale media konden wij als gewoon raadslid zicht krijgen op de al dan niet interne strubbelingen over de bevoegdheid ‘personeel’ binnen het college en organisatie.
Aangezien het voor ons niet duidelijk is wat er aan de hand is, vragen wij hierover een uitvoerige toelichting en bespreking/debat tijdens de raad.
Desgevallend kan als finaliteit van het debat de raad overgaan tot het nemen van een beslissing ten gunste van de organisatie van het personeelsbeleid.
De gemeenteraad bespreekt het agendapunt.
In de gemeenteraad van 16 december 2019 werd de dading houdende vroegtijdige beëindiging van uitvoering overheidsopdracht werken 'Herinrichting N301' goedgekeurd. Enkel de data in de overeenkomst werden daarna geactualiseerd en op 20 april 2020 heeft deze gemeenteraad de dading nogmaals bevestigd.
We zijn alweer 9 maanden (!) verder… In november vroeg onze fractie een laatste keer naar de ‘stand van zaken’.
Ondertussen is het stil, zeer stil.
Daarom volgende vragen:
De gemeenteraad bespreekt het agendapunt.
De gemeenteraad neemt akte.