De verspreiding van niet-geadresseerd drukwerk wordt belast om ecologische redenen en omwille van de extra inzamelings- en verwerkingskosten van papierafval die de bedeling voor de gemeente veroorzaakt.
Het reglement is van toepassing voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025. De belastingtarieven werden niet gewijzigd ten opzichte van de periode 2014-2019.
De belasting is een noodzakelijke aanvulling op de inkomsten van het bestuur in kader van de financiële toestand van de gemeente.
Er wordt voor een termijn van 6 jaar, beginnend op 01 januari 2020 en eindigend op 31 december 2025 een belasting gevestigd op de voor de bestemmelingen kosteloze verspreiding aan huis van niet-geadresseerde drukwerken en gelijkgestelde producten met handelskarakter.
Onder gelijkgestelde producten wordt onder meer verstaan: alle stalen en reclamedragers, door de adverteerder aangeboden, die diensten, producten of transacties doen gebruiken, verbruiken of aankopen. De opsomming is niet limitatief. Collectieve adresaanduiding per straat of gedeeltelijke adresvermelding wordt niet beschouwd als zijnde geadresseerd.
De belasting is verschuldigd door diegene onder wiens handelsnaam, logo of embleem, de reclame wordt gevoerd.
De belasting wordt vastgesteld op 0,02 EUR per verspreid exemplaar en met een minimale aanslag van 25,00 EUR per verspreiding.
Het bedrag van de belasting wordt bekomen door het tarief te vermenigvuldigen door het aantal brievenbussen waarover het drukwerk bedeeld wordt. Het aantal brievenbussen wordt elk aanslagjaar in het eerste kwartaal door het College van Burgemeester en Schepenen vastgesteld.
Er is een vrijstelling van belasting :
De belastingplichtige is gehouden ten laatste veertien dagen na de verspreiding aangifte te doen bij het gemeentebestuur. Deze aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van de aanslag.
Ingeval van periodieke verspreidingen kan een aangifte binnen de veertien dagen na de eerste verspreiding ook gelden voor de daaropvolgende verspreidingen tijdens hetzelfde aanslagjaar.
Bij gebrek aan een aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt. Ingeval het aantal verspreide exemplaren niet binnen de voorziene periode wordt meegedeeld, wordt het aantal verspreide exemplaren gelijkgesteld aan het totaal aantal brievenbussen te Langemark-Poelkapelle. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
De overeenkomstig artikel 5 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.
De belasting en de belastingverhoging wordt ingevorderd door middel van een kohier dat periodiek vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaarschrift indienen tegen deze belasting bij het College van Burgemeester en Schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.